Thuiskomen | Mensen | Beelden | Contact | Zoom

Fiche voor herstelling schoenen  

Paul, de schoenmaker

Paul
De Loose

  Paul De Loose
Het woord ‘knelpuntberoep’ is een woord dat in de vorige eeuw nog niet in den Dikke Van Daele stond. Het is eigen aan onze tijd. We hebben inderdaad heel wat vacatures die niet ingevuld raken. Onze VDAB speelt hier op in door mensen aan te moedigen een opleiding voor een knelpuntberoep te volgen maar ook het verschijnen van werknemers van buiten de Europese Gemeenschap is een gevolg hiervan. Het is misschien allemaal een ver-van-je-bed-show tot je op een dag ziet dat onze enigste schoenmaker een fluoplakkaat voor het raam hangt met ‘Zaak over te nemen’. Schoenmaker is inderdaad zo’n knelpuntberoep. De schoenmakerij van Paul De Loose is doorheen de jaren een deel geworden van ons dorpsbeeld. In april 1983 startte hij daar met zijn zaak en in september bereikt hij de kaap van 65 en wil hij met pensioen. Hoog tijd dus voor een babbel met voorlopig de laatste schoenmaker van ons dorp.

Vader Jules De Loose als schoenhersteller bij het leger

 

Paul woont in de Acacialaan en op een koude maandagavond vind ik hem thuis voor zijn verhaal. Om zijn vriendin ‘Familie’ niet te ontzeggen, verhuizen we naar de keuken. Waar moet ik beginnen?, vraagt Paul. Best bij het begin, suggereer ik. Zijn verhaal begint rond 1920…

Schoenmaker is een ambacht. Een woord uit lang vervlogen tijd. Een woord dat hippe reclameboys graag gebruiken om kwaliteit te etaleren. Een echte schoenmaker is Paul niet. Hij herstelt schoenen. Zijn vader daarentegen was nog een echte ambachtsman waar je je schoenen kon laten herstellen maar ook nieuwe kon bestellen. Vader Jules De Loose was begonnen als veertienjarige in de pantoffelfabriek in de Langemuntstraat. Na enkele jaren ging hij op leercontract bij Alexia, de schoenmakerij van de familie Van Acker in Lokeren en daar leerde hij zijn stiel. Ook tijdens zijn legerdienst mocht hij schoenen lappen in den troep.
Toen hij trouwde met Clementine Jacobs (Klimme Mol, voegt Paul er aan toe), vestigde hij als schoenmaker zich in de Dokter Armand Rubbenstraat (rechts naast de apotheek).

Vader Jules (uiterst links) als schoenmaker bij den troep.
Foto moet genomen zijn in 1922.
   

Jules lapte schoenen maar maakte ook veel nieuwe. Vele klanten hadden er hun eigen leest in de schoenmakerij en die hingen omhoog met hun naam erop. Vader Jules had een werkplaats met een Leuvense stoof. Herstellingen deed hij altijd eerst en schoenen maken was iets voor ’s avonds. De schoenmakerij was vaak een ontmoetingsplaats voor de buurt. Ze vonden er elkaar voor hun dagelijkse babbel over de laatste nieuwtjes.

Het gezin De Loose werd gezegend met vijf zonen: Michel, André, Gustaaf, Paul en Maurits. Raar maar waar: alle vijf volgden ze een opleiding voor schoenmaker. Die kon je volgen in de leergangen in Lokeren. Vier jaar lang, vertelt Paul, volgde ik les op zaterdagnamiddag van 13 tot 19 uur en de zondagmorgen van 9 tot 11. Na die opleiding kon je schoenen ontwerpen en helemaal afwerken. Op zijn veertiende is Paul gestopt met school en kon hij zijn vader een handje toesteken in de schoenmakerij.

 

De Dorkter Armand Rubbensstraat, vroeger Plaisantstraat, in de jaren twintig. Rechts van de huidige apotheek het huis van de familie De Loose

   
De Dr. Armand Rubbensstraat, vroeger Plaisantstraat in de jaren 20.
Rechts van de huidige apotheek woonde de familie De Loose.
Op zijn achttiende trok Paul mee met zijn broer André naar Brussel. Ze werkten bij de firma Wolfers frères in de Arenbergstraat. Deze firma had zich gespecialiseerd in de fabricatie van ambachtelijke zilveren voorwerpen: messen, vorken, lepels, schotels… Hun klanten waren niet de eerste de beste, veel bestellingen kwamen uit de Arabische landen en het gebeurde vaak dat leveringen met een bewaakt convooi naar Zaventem werden gebracht. In mijn beginperiode volgde ik ook nog avondschool voor mechanica en elektriciteit, zegt Paul, dat waren serieus lange dagen. Even voor zes stapte ik in Zele van de trein en van zes tot negen kon ik naar school. Achttien jaar heb ik in ’t Zilverfabriekske gewerkt, vervolgt Paul, en toen begon het te slabakken. Er was minder vraag, minder bestellingen en geregeld waren er afvloeiingen. In 1982 heb ik mijnen bon gekregen.
Een jaar lang heb ik gedopt, vertelt Paul. dat was echt niet zo plezant.
  Het was nog de tijd dat je alle dagen je kaart moest laten afstempelen in ’t Kloosterke. Zijn schoonmoeder, Ivonne D’haese, vroeg hem op de man af waarom hij niet zelfstandige schoenmaker werd. Paul zag dat niet onmiddellijk zitten. Zijn pa was gestopt in 1970. De start van de fameuze BTW in dat jaar had tot gevolg dat vele kleine middenstanders hun deur dichtdraaiden. Maar de zaken draaiden toen al minder goed door de crisis. Na veel vieren en vijven hakte hij toch de knoop door. Hij vond een geschikt pand aan de voet van de kerktoren, kocht tweede-handsmachines en op 1 april 1983 was ‘Schoenmakerij Paul De Loose’ een feit. Het heeft me nooit gespeten dat ik die stap gezet heb, zegt Paul zoveel jaren later. In het begin had ik nog enkele collega’s in Zele maar de ene na de andere is er mee opgehouden. Nu ben ik nog de enigste in Zele, zegt hij. In veel buurgemeenten is er zelfs geen schoenmaker meer. Naast de Zelenaars heb ik veel klanten uit Berlare, Overmere, Wichelen, Schoonaarde…
Paul aan zijn schuurmachine   Schoenenrek   Paul aan het werk   Paul aan zijn stikmachine

Bijna achtentwintig jaar is Paul schoenmaker en hij doet het nog altijd even graag. Schoenen herstellen, is eigenlijk niet moeilijk, bekent Paul, je moet alleen een beetje handig zijn, je moet feeling hebben met hetgeen waar je mee bezig bent, de rest kan je allemaal leren. Een hele dag lang is het open-deur bij Paul. Van op de straat zie je hem bezig. In zijn oranje outfit met schort zie je hem, boren, kleven, schuren, kloppen, stikken, kleven, snijden… Kwaliteit afleveren is nog altijd zijn devies.

Aan werk heeft hij geen gebrek. Naast zijn Zeelse klanten werkt hij ook nog voor vijf schoenenwinkels: Het Schoenpark, Torffs Lokeren en Sint-Niklaas, Marobel uit Lokeren en Avenue uit Dendermonde. Dat betekent dat ie er soms vroeg uit moet en ’s avonds vaak overuren maakt om alles op tijd te kunnen afwerken.
De prijzen liggen min of meer vast. De Schoenmakersgilde heeft deze vastgelegd. Deze vereniging stelt alles in het werk om het beroep, het ambacht in ’t leven te houden. Wat niet makkelijk is in deze tijd, betreurt Paul. Schoenmaker is een echt knelpuntberoep geworden. De gilde telt nog slechts 33 leden in heel Oost-Vlaanderen.

  Paul de schoenmaker
Paul met een van zijn vele klanten.   Het mooiste aan het beroep is ongetwijfeld dat je alle dagen onder de mensen bent, gaat Paul verder. Ondanks mijn vele werk maak ik altijd tijd voor mijn klanten. Af en toe heb je mensen die eens iets kwijt willen, die nood hebben aan een luisterend oor…  Ik maak daar graag tijd voor, zegt Paul, als ik zo iemand een beter gevoel geven kan, een beetje getroost heb, dan geeft me dat een goed gevoel. Zo was er eens een oud vrouwtje dat haar man en een zoon verloren had en haar enige andere zoon vertrok naar ’t buitenland. Ze voelde zich alleen op de wereld en gewoon af en toe eens binnenwippen voor een babbelke, deed haar toch zo veel deugd.
Of hij anekdotes overhoudt aan heel die periode. O, zegt Paul, Tv-Oost is hier eens binnengevallen na de markt voor een reportage en dat was wel leutig. De anekdote die me het meest is bijgebleven, lacht hij, was deze van die man met zijn donkere bril. Het was even voor de middag en het was me al opgevallen dat hij een paar keren voorbij de winkel passeerde maar altijd op zijn stappen terugkeerde als er klanten in de winkel stonden. Even voor ik sloot, stapte hij de winkel binnen en haalde een lederen kostuumpje van een meisje boven. Zo één met de heuveltjes bloot, duidelijk werkkledij. Hij vroeg me of ik de neksteun wat kon inkorten. Ik heb dat gedaan, zegt Paul, en nee het meisje is achteraf niet komen passen of alles goed zat.

Op persoonlijk vlak heeft Paul ook zijn deel gehad. In 1970 trouwde Paul met Ivette Pensaert. In 2003, op 54-jarige leeftijd is zijn vrouw gestorven na een herseninfarct. Het was een erg zwarte periode in het leven van Paul en zijn zoon Philip. Ik peins er nog alle dagen aan, bekent Paul, gelukkig had ik mijn werk, mijn klanten en sinds enkele jaren deelt hij zijn leven met zijn vriendin Monique Steeman.

Zaak over te nemen  
‘Zaak over te nemen’ is nu aan de orde van de dag. Ik zou graag mijn zaak overlaten, vervolgt Paul, het zou jammer zijn, mocht er in Zele geen schoenmaker meer zijn. Werk is er genoeg en een schoenmaker die zijn stiel kent, verdient zijn boterham als hij geen schrik heeft om te werken. Er zijn al enkele kandidaten langsgekomen. Er is maar één probleem, het huis waar de zaak nu gevestigd is, is straten oud en de eigenaar wil het niet meer verhuren. Dus moet er uitgekeken worden naar een andere locatie. Voorlopig is het dus nog even afwachten.
Op 19 september mag Paul 65 kaarsjes uitblazen en zou hij graag met pensioen gaan. ’t Is mooi geweest, zegt Paul, er is een tijd van komen en gaan.
  De winkel van Paul

En wat nu?, vraag ik hem. O, is zijn antwoord, in de eerste plaats gezond blijven zodat ik de tijd vind om dingen te doen waar er tot nog toe geen tijd voor was. Fietsen, tuinieren, schilderen, wandelen met de hond, wat reizen… Paul gaat geen probleem hebben om zijn dagen te vullen.

Hoe je het ook draait of keert, zijn leven gaat er anders uitzien maar van één ding ben ik zeker: hij gaat zijn klanten missen én zij hem ook!

Bedankt, Paul, voor onze babbel. Geniet van je pensioen!

mark
08.03.2011

Met dank aan Frans Van den Berghe voor de postkaart van de Dr. Armand Rubbensstraat.

Afdrukken

Paul, de schoenmaker - Paul De Loose

 

Thuiskomen

 

 

Krijg je graag een e-mail als de volgende 'Mensen van bij ons' verschijnt?
Ga naar 'Contact', vul je naam en e-mailadres in en gewoon klikken op 'Verzenden'.

Reacties en suggesties zijn altijd welkom !

© Mark De Block